Nationaal Register Mobiel Erfgoed

BUT_9721T_-_Verheul_/_GVA_139



REGISTER
Registernummer3.501.020
INLEIDING
 
 Foto: Frank van den Boogert
ObjectaanduidingBUT 9721T - Verheul / GVA 139
Categorie/klasseAutobussen
Soort objectElektrische bus (trolleybus)
TypeStadsbus

Serie

137-143

Merk

BUT

Model

BUT 9721T-EEC

Uitvoering (1)

Verheul

Bouwjaar1955
Ontwerper(s)Chassis: BUT (British United Traction)
Carrosserie: Verheul
Producent(en)Chassis: BUT (British United Traction, Groot-Brittannië)
Motor: EEC (English Electric Company, Groot-Brittannië)
Carrosserie: Verheul (Waddinxveen)
Gebruiker(s)Gemeente Vervoerbedrijf Arnhem (GVA), Arnhem

Periode gebruik

van 1956 tot en met 1975

Regio gebruikGemeente Arnhem
Opmerkingen inleidingKenteken: ZZ-00-93, vanaf 1963: XB-08-22
BESCHRIJVING
FunctiePersonenvervoer (stadsvervoer)
TechniekMotor: elektromotor (90 kW) met 11 rijstanden
Remsysteem: luchtdruk
Capaciteit: 37 zitplaatsen
BouwwijzeStalen chassis met aparte carrosserie, bestaande uit een gelast metalen framewerk, met metalen beplating
VormGrote stadsautobus (trolleybus) met instap voor de vooras, uitstapdeur in het midden en een onder de vloer geplaatste elektrische installatie. motor. Opbouw volgens toenmalig standaardmodel van Verheul, met "geknikte" voorruit..
Zitplaatsen op dubbele en enkele banken, inclusief veertien zitplaatsen op langsbanken (boven de voor- en achteras).
Kleuren: donkerblauwe onderzijde en witte raampartij en dak. Grote metalen "vleugel" op de voorzijde met daarin verwerkt het GVA-embleem. Op de zijkanten de naam "Gemeente Arnhem" in gouden letters, alsmede het gemeentewapen en het rode GVA-logo.
GESCHIEDENIS
Geschiedenis
[Samenvatting:] De trolleybus heeft in Nederland tot op heden maar een beperkte toepassing gevonden. Arnhem is de enige stad waar ze vandaag de dag nog steeds rijden.
Trolley 139, die in februari 1956 in dienst werd gesteld, kreeg na zijn buitendienststelling in maart 1975 een museale bestemming en is nog in afwachting van restauratieplannen.

Lees volledige tekst
ILLUSTRATIES
Additioneel beeld 1
Foto: collectie Cees van de Wetering
Additioneel beeld 2Niet ingevoerd
MEER INFORMATIE
Informatie bij/viaStichting Veteraan Autobussen
Bronnen* M. Wallast: Autobussen in Nederland (Rijswijk, 1987)
* R.K. de Jong (e.a.): Van omnibus tot trolleybus: 125 jaar openbaar vervoer in Arnhem (Leiden, 1964)
* De Nederlandse streekvervoerbedrijven met hun tramwegen en autobusdiensten alsmede hun toerwagenbedrijven (Amsterdam, 1956): pag. 164.
* K. Brouwer: De trolleybussen in Arnhem en Groningen (Den Haag,1950; ook verschenen in tijdschrift Streek- en stadsvervoer van februari 1950)
* J. Voerman: De ontwikkeling van het vervoerbedrijf van de gemeente Arnhem (in tijdschrift Streek- en stadsvervoer 1953 pag. 120, 129 en 4, 81) Westervoort, 1986)
* G. Aberson: 25 jaar trolley in Arnhem / 25 Years of Arnhem Trolleybuses (Reading, 1974)
* J. Buurman: Trolleys in Arnhem (Zutphen, 1986)
* P.C.G.F. van Onzen:
- Arnhem Trolleystad: beknopte geschiedenis 1945-1984 (Arnhem, 1984)
- GETA/GVA: wagenpark tram en bus 1911-1991 (Arnhem, 1991)
- De Arnhemse museumtrolleybussen (in tijdschrift "De Veteraanbus", jaargang 2001, nummer 133)
* F. Bosman:
- Langs gouden draden, t.g.v. 50 jaar Trolley in Arnhem (Arnhem, 1999)
- Tussen Arnhemse Lijnen (Bilthoven, 2009)
Externe linksStichting Veteraan Autobussen
HUIDIGE EIGENDOM
Soort eigendomBehoudsorganisatie
Naam organisatieStichting Veteraan Autobussen (SVA)
WAARDESTELLING
Cultuurhistorische waarde
StatusC
MotivatieCulturele biografie

Historische context
Vanaf 1949 werd een belangrijk deel van het Arnhemse stadsvervoer uitgevoerd met trolleybussen, ter vervanging van het in de tweede wereldoorlog teloor gegane tramnet.
Ofschoon in Arnhem reeds vanaf 1907 over een (gedeeltelijke) exploitatie met trolleybussen werd gesproken, is toepassing hiervan in ons land zeer beperkt gebleven. Dit geeft het object een bijzonder karakter.
Bij de discussies over vergelijking van de verschillende vervoersmodaliteiten vormden aanvankelijk economische aspecten de belangrijkste rol, daarna vooral vergunningtechnische en verkeerstechnische motieven, direct na de tweede wereldoorlog (vanwege de totaal verwoeste infrastructuur) opnieuw financiële factoren en meer recent vooral de snelle acceleratie en geringere milieubelasting door lagere geluids- en uitlaatemissies.
Als gevolg van de hoge infrastructuurkosten (voeding en bovenleiding) zijn de kosten van trolley-exploitatie sterk afhankelijk van de gemiddelde passeerfrequentie en meestal hoger dan bij dieseltractie. Kosten versus milieuvoordelen zijn derhalve stadspolitiek-getinte issues bij de besluitvorming, die doorgaans breed uitgemeten worden.

Type
De Arnhemse trolleys vertonen gelijkenis met andere stadsbussen voor zwaardere vervoersstromen, geproduceerd door Verheul: 2 bedrijfsdeuren, instap vóór de vooras, grote staanplaatscapaciteit. De eerste serie van 36 trolleybussen, GVA 101 t/m 136, uit 1949/1950 werd in 1955/1956 aangevuld met zeven vrijwel identieke voertuigen, de GVA 137 t/m 143. Deze zeven wagens kregen echter een vervoerscapaciteit van 80 i.p.v. 70 personen (met behoud van de 37 zitplaatsen) en waren voorzien van een wat moderner uiterlijk dan de eerste serie.

Object
Van de eerste serie is alleen de GVA 101 bewaard gebleven, van de tweede alleen de GVA 139.).

Object als erfgoed
Het object is bij zijn buitendienststelling meteen bestemd als museumwagen. Hij is wel nauw verwant aan de eerste serie trolleybussen, maar oogt, onder andere door de grotere ramen, toch een stuk moderner. Toen het spoorwegmuseum zich wilde opschalen tot openbaar vervoer museum ging de 139 daarheen. De trend tot opschaling zette echter niet door en de 139 ging terug naar Arnhem. De beschutting in het spoorwegmuseum was niet optimaal geweest en de bus was daardoor duidelijk achteruit gegaan. Er is nog niet begonnen aan de restauratie (stand 2010).

Representatiewaarde

Schakelwaarde
Geen, omdat van de eerste serie al een exemplaar, GVA 101,bewaard is gebleven.

IJkwaarde
Trolleybussen zijn doorgaans in de plaats gekomen van trams vanwege hun specifieke eigenschappen: een grote vervoerscapaciteit (relatief veel staanplaatsen), zo goed mogelijke doorstroming van de passagiers met handhaving van de eenmansbediening, eenvoudige doch doelmatige uitrusting, een snelle acceleratie die mogelijk is door elektrische voortstuwing, enigszins flexibel rijspoor en daardoor een geringe belemmering voor het overige verkeer. Dit, samen met het ontbreken van uitlaatemmissie en de geringe geluidsproductie, maakt ze geschikt voor massavervoer in compacte binnensteden.

Symboolwaarde
Alle Arnhemse trolleybussen dragen sinds enkele jaren links en rechts op de kapronding de tekst 'Arnhem Trolleystad' en symboliseren daarmee het 'schone' imago dat Arnhem zich d.m.v. de trolleys wil aanmeten.

De eerste series trolleybussen werden besteld en in dienst gesteld in de periode dat trolleybussen niet konden worden aangemerkt als 'motorrijtuigen' in de zin van allerlei wettelijke voorschriften en regelingen. Dit had tot gevolg dat voor de bestelde wagens:
- de voertuigafmetingen niet wettelijk beperkt werden.
- het toegestane voertuiggewicht niet beperkt was;
- zij kentekenvrij waren;
- geen motorrijtuigenbelasting betaald hoefde te worden;
- de bestuurder geen rijbewijs nodig had;
- zij in het verkeer de status van 'onbespannen wagens' hadden en dus voorrang gegeven moest worden aan vrijwel alle andere verkeer.
Dit bleef zo, totdat de betreffende wetten waren aangepast of zaken bij nieuwe wetgeving waren geregeld. Bovendien waren de trolleybussen voorzien van een 'rookcompartiment' in het achterste deel van het interieur. Van het gebruikelijke rookverbod in het openbaar vervoer werd later, toen het 'autobussen' geworden waren, ontheffing verleend.

Zowel de schakelwaarde als de ijkwaarde en de symboolwaarde zijn vooral van lokale aard, echter vanwege het voor Nederland zeldzame aandrijfsysteem, met een nationaal tintje.

Zeldzaamheid

Als gevolg van de geringe toepassing van trolleybussen in Nederland en vooral omdat de GVA 101 wordt bewaard, heeft het object nauwelijks zeldzaamheidswaarde.

Staat van het object

Matig. Het voertuig bevindt zich in enigszins deplorabele toestand en is niet rijklaar (stand 2010).

Ensemblewaarde

Niet van toepassing

Presentatiepotentieel

Behalve vanwege het bijzondere karakter van het aandrijfsysteem (zie onder historische context) in huidige conditie (2010) weinig.

Cultuurhistorische waarde

Zolang de GVA 101 beschikbaar is, mist het object bijzondere eigenschappen en waarden, te meer omdat de wagen tot een normale vervolgserie behoort.
Waardering doorCommissie
Opmerkingen
Authenticiteit
Status
Motivatie
Waardering doorCommissie
Opmerkingen
MCN - CIME
Sluiten en terug naar zoekresultaten NRME Home Mobiele Collectie Nederland