| INLEIDING |
| | |
| Objectaanduiding | RET 220 |
| Categorie/klasse | Lokale tram |
| Soort object | Elektrisch motorrijtuig |
| Type | emr2 - Delmezwagen
202 - 221 |
| Bouwjaar | 1924 |
| Ontwerper(s) | |
| Producent(en) | Allan
Rotterdam
Nederland |
| Gebruiker(s) | Rotterdamse Elektrische Tram |
| Periode oorspronkelijk gebruik | 1924-1968 |
| Regio oorspronkelijk gebruik | Rotterdam |
| Geschiedenis | In 1924 werd door Allan een serie van twintig rijtuigen afgeleverd, die als eerste de lengte van tien meter overschreden. Naar later zou blijken zouden deze 202-221 ook de laatste twee-assers in Rotterdamse dienst worden en tevens het laatste materieel, dat nog door de RETM zou worden aangeschaft. Door de grote lengte van deze rijtuigen meende men te moeten overgaan op een constructie met twee eenassige draaistellen, die zich dan volgens de verwachtingen naar de bogen zouden moeten voegen. In de praktijk bleken deze draaistellen echter toch te veel een eigen leven te willen leiden. Omdat het vastzetten van deze draaistellen vervolgens ook te weinig soelaas bood, werden deze rijtuigen rond 1931 alsnog van een normaal onderstel voorzien. Tevens werden toen bij deze rijtuigen onder meer de koersborden en de lijncijferplaten door richting- en lijncijferfilms vervangen, namen schaarbeugels de plaats in van de vertrouwde sleepbeugels en werden de rijtuigen tenslotte geheel in het nieuwe RET-kleurenschema geschilderd. In de oorlogsjaren zijn deze rijtuigen bij wijze van proef tijdelijk geschikt gemaakt voor het laten doorstromen van passagiers. Bijna 25 jaar voor de komst van de Schindlers moest er toen al achter worden ingestapt en voorin worden uitgestapt.
De komst van dit uit Zwitserland afkomstige materieel was er overigens de oorzaak van, dat hun rol eind 1956 geheel uitgespeeld raakte. De 210 en de 220 werden vervolgens nog een aantal jaren als rangeerwagen achter de hand gehouden en als zodanig hebben zij in 1960 nog een belangrijke rol gespeeld bij de verhuizing van de centrale werkplaats aan de Isaäc Hubertstraat naar de nieuwe locatie aan de Kleiweg. Rond 1970 werd besloten om de 220 in de RET-uitvoering voor het nageslacht te bewaren. |
| Opmerkingen inleiding | |
| BESCHRIJVING OBJECT |
| Functie | Reizigersvervoer |
| Techniek | Twee elektromotoren via bovenleiding 600 volt |
| Bouwwijze | |
| Vorm | Uiterlijke kenmerken: Motorrijtuig met stuurstanden aan beide zijden op een tweeassige onderstel. Voorzien van een schaarbeugel als stroomafnemer. De tram is okergeel met zwart geschilderd. |
| Opmerkingen beschrijving | |
| WAARDERING OBJECT |
| Cultuurhistorische waarde |
| Status | A |
| Motivatie | Elektrisch motorrijtuig RETM 220 is een representant van een belangrijke ontwikkeling in het Nederlandse railvervoer, waarbij technische oplossingen werden bedacht in de vorm van éénassige draaistellen in plaats van vaste assen, die het gevolg waren van het streven naar capaciteitsvergroting van de stadstrams. |
| Waardering door | Beoordelingscommissie Nationaal
Register Railmonumenten |
| Opmerkingen | |
| Authenticiteit |
| Status | |
| Motivatie | De informatie over dit object is afkomstig uit het Nationaal Register Railmonumenten. Binnen dit register wordt (nog) niet structureel op authenticiteit beoordeeld. |
| Waardering door | Beoordelingscommissie Nationaal
Register Railmonumenten |
| Opmerkingen | |
| HUIDIGE EIGENDOM |
| Eigenaar/beheerder | Museum/instelling |
| Collectie | Tramweg-Stichting, beheer RoMeO |
| Opmerkingen eigendom | |
| ILLUSTRATIES |
| Historische toestand | Niet ingevoerd |
| Streeftoestand | Niet ingevoerd |
| Opmerkingen illustraties | In beheer bij RoMeO
|
| INFORMATIE OBJECT |
| Registernummer | 2.000.0097 |
| Meer informatie bij/via | Nationale Museummaterieel Database: www.nmld.nl/nl/object/2871
https://www.toonbeelden.com/#ontwikkeling-verstedelijking
https://www.stichtingromeo.nl/nl/
https://nl.wikipedia.org/wiki/RET_(Rotterdam)
https://nl.wikipedia.org/wiki/Rotterdamse_museumtrams
|
| Opmerkingen informatie | |
